2de plaats, Sint-Truiden
Kruimelpad
Het Federaal Voedingsen Gezondheidsplan voor de periode 2021-2030
Mieke Claes (N-VA): Mijnheer de minister, naar aanleiding van de goedkeuring van het door de collega's van Ecolo-Groen ingediende voorstel van resolutie over een ambitieuzer Federaal Voedings- en Gezondheidsplan vernam ik graag wat u daarmee nog van plan bent, ook al zitten we nu aan de laatste dagen van de legislatuur.
Minister Frank Vandenbroucke: De uitvoering van het Federaal Voedings- en Gezondheidsplan werd sinds de start ervan in 2006 nooit onderbroken: ook mijn administratie heeft verschillende acties ondernomen conform het plan met als prioriteiten de voorbije twee jaar de herformulering van voedingsmiddelen in termen van hun vet-, suiker- en zoutgehalte bij de voedingsindustrie en de grote handelaars en de goedkeuring en de implementatie van het NutriScorevoedingslogo.
Zo hebben we het Nutri-Scorelogo overgenomen en geïmplementeerd om consumenten te helpen om gezondere keuzes te maken en om de herformulering van voedingsmiddelen te stimuleren, want het betekent dat ze ook betere scores halen. Vorige week nog organiseerden we een groot evenement over het belang van de NutriScore of de alternatieve front-of-packaging labelling. Daarnaast hebben we om het voedingsbeleid beter te kunnen begrijpen en voorbereiden, samen met de gemeenschappen en gewesten een nieuwe voedselconsumptiepeiling gefinancierd onder 3.000 mensen tussen 3 en 64 jaar. Ik verwacht de eerste resultaten daarvan in de komende maanden. Sommige zaken daarvan zijn op de conferentie al getoond. Dat was interessant.
Sciensano heeft ook een monitoringssysteem opgezet voor voedingsmiddelen die in België worden verkocht om de evolutie van de voedingswaarden in de loop van de tijd te volgen. Dat is het Nutritrackproject. Zo zien we welke vooruitgang er wordt geboekt en welke inspanningen nog nodig zijn. Met betrekking tot de resolutie van mevrouw Hennuy en mevrouw Creemers waarin wordt verzocht om de goedkeuring van een ambitieus Federaal Voedings- en Gezondheidsplan voor de periode 2021-2030, heeft mijn administratie in juni 2023 een advies voorgelegd en heeft ze elk van de zeven prioriteiten die in de resolutie worden genoemd, overgenomen.
Daaruit blijkt ook dat het Federaal Voedings- en Gezondheidsplan dezelfde doelstellingen deelt en dat voor elk van die prioriteiten ook al meerdere jaren acties zijn gevoerd. Een van de acties, die ik onlangs nog kon bezoeken, legt de focus op moedermelk met de oprichting van twee externe donormelkbanken, wat belangrijk is voor prematuur geborenen.
Ik denk dat we het voedingsplan moeten gebruiken als een kader waaraan ook in de volgende legislatuur sterk moet worden gewerkt. Ik kan alleen maar zeggen dat ik met de tijd steeds meer overtuigd ben geraakt van het belang ervan.
Mieke Claes (N-VA): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. Het is fijn te horen dat u het belang ervan inziet. U geeft aan dat de uitvoering van het plan niet onderbroken werd. Dat klopt misschien wel, maar heel wat grote uitdagingen op de plank werden niet ter harte genomen. U gaf voorbeelden van goede maatregelen, maar dat neemt niet weg dat de weg nog lang is. Daarover kunnen het eens zijn.
Het voorstel van resolutie bevatte inderdaad een aantal goede initiatieven, maar toch ontbreekt een globaal verhaal. Er is een duidelijk kader nodig in het voedingsplan en daar is nog wat werk aan. Ik denk aan de problematiek van ondervoeding. Die wordt vandaag nog al te zeer onderbelicht en er is wat dat betreft nog heel veel werk aan de winkel. Ik denk ook aan de strijd tegen obesitas, een heel belangrijk punt in het Federaal Voedings- en Gezondheidsplan. Ik hoop dat er ook in de volgende legislatuur meerdere tandjes worden bijgestoken, want het plan is heel belangrijk en samenvattend moeten we toch concluderen dat er te weinig mee is gedaan.